De blaadjes zijn inmiddels al lang en breed van hun takken gevallen, het wordt steeds kouder buiten en de stemlijsten voor de Top-2000 zijn inmiddels ingediend. Dat kan alleen maar betekenen dat Kerst steeds dichterbij komt. Dus schieten ook hier en daar de kerstdinertjes uit de grond. Ook jij hebt natuurlijk weer een gang toebedeeld gekregen waarmee je indruk moet maken op je huisgenootjes, maten of misschien wel je ouders. Hierbij schotelt de Circulaire u een simpel doch lekker driegangendiner voor waarmee u iets lekkers op tafel zet en wat ook nog eens relatief vriendelijk is voor de portemonnee.
Het voorgerecht
Voor wat betreft het voorgerecht is het natuurlijk zaak om iets te maken wat lekker is en ook nog eens lekker makkelijk is om te bereiden. Om aan deze eisen te voldoen kom je al snel uit bij een overheerlijke kom soep. In dit geval ging het om een courgettesoepje. Voor zes personen heb je twee courgettes nodig, twee uitjes, een paar teentjes knoflook, twee (groente)bouillonblokjes, een klont boter en een eetlepel bloem. Het begint allemaal met het smelten van een flinke klont boter in een soeppan. Voeg hier vervolgens je gesneden courgette, ui en knoflook aan toe en bak op hoog vuur aan. Als je groenten een mooi kleurtje hebben voeg je er een eetlepel bloem aan toe, dit zorgt ervoor dat je soep mooi bindt. Als je de bloem voor een minuutje of twee hebt meegebakken voeg je de bouillonblokjes een liter water toe. Laat het geheel ongeveer een kwartiertje pruttelen, of totdat je groenten mooi zacht zijn. Vervolgens pak je de staafmixer en mix je het soepje lekker glad. Zet je soepje op laag vuur en voeg een flesje kookroom toe, het hoeft natuurlijk niet te gezond te zijn. Laat de room even meekoken en maak op smaak met peper en zout. En zie daar: Uw eigengemaakte soepje!
Het leuke van dit recept is dat je er oneindig in kan variëren met allerhande groenten en garneringen. Zo kun je de courgette prima inwisselen voor broccoli, bloemkool, paprika, schorseneren, pastinaak etc.
Het hoofdgerecht
Het hoofdgerecht is natuurlijk het allerbelangrijkste van een culinaire avond als deze. Het is midden winter dus dit recept kan niet ontbreken; Biefstuk met haricots verts in spek en aardappel gratin. Goedkoop, simpel, lekker. Zorg ervoor dat je de haricots verts eerst kookt, als deze gekookt zijn kun je ze in het katenspek gaan rollen, mocht je dit niet secuur doen heb je later gezeik. Als deze gekookt en gerold zijn bak je ze in de pan mooi zodat het spek mooi bruin is. Hier komt het lastige van dit gerecht, de timing... Terwijl je de haricots verts aan het bakken moet je ervoor zorgen dat je begint met het bakken van de biefstuk, anders heb je dadelijk koud vlees en dat is uit den boze. Daarnaast moet je niet vergeten ook nog de aardappels in de over te zetten. Een hoop stappen dus, daarom is het zeker aan te raden dit gerecht met twee personen te bereiden (Eline was een fantastische souschef), dat is makkelijker en gezelliger!
Als de biefstukken mooi (medium) rare zijn en de haricots verts gebakken in spek moet je ervoor zorgen dat je het even mooi tentoonstelt op een bord en tadaaaa!!! Je hebt een waar huzarenstukje op tafel gezet voor net iets meer dan vijf euro, geen geld!
Het nagerecht
Iedereen weet dat het toetje stiekem het hoogtepunt van een driegangendiner is (niet het hoofdgerecht). Wij hadden besloten een heerlijke appelcrumble te maken volgens het recept van Laura’s Bakery. Of althans, we hebben geprobeerd dit recept te volgen. Uitgaande van het feit dat de meeste mensen suiker en kaneel in huis hebben, hoef je alleen 3-4 appels, bloem en ongezouten roomboter te halen. Alles bij elkaar hadden wij ongeveer 5 euro besteed aan alle ingrediënten voor zes personen.
Je begint met het schillen van een paar stevige appels, die je vervolgens in kleine blokjes snijdt. In een kom meng je de appelstukjes met een flinke lepel suiker (volgens het recept 50 gram, maar Joachim vond dat je dit beter kon "eyeballen". Of dat goed heeft gewerkt? Wie zal het zeggen!), en een royale hoeveelheid kaneel (2 theelepels), zodat elk stukje appel bedekt is met een zoete, kruidige laag. Dit mengsel spreid je uit over de bodem van een ovenschaal van ongeveer 20 bij 20 cm.
Dan komt het leukste deel: de crumble. Je verzamelt een paar simpele ingrediënten — boter, bloem en suiker — en mengt deze met je handen. Volgens het recept gebruik je 75 gram ongezouten roomboter, 100 gram bloem en 100 gram suiker. Hebben wij dit zo precies gedaan? Natuurlijk niet. Wij hebben weer de "eyeballen"-techniek toegepast. Terwijl je de boter tussen je vingers wrijft, ontstaat er een kruimelig deeg dat al belooft heerlijk krokant te worden. Het deeg, een perfecte balans tussen zacht en kruimelig, strooi je nonchalant over de appels.
Met de oven al voorverwarmd op 200 °C schuif je de schaal naar binnen. Terwijl de crumble bakt, verspreidt zich een warme geur door de keuken. Na ongeveer een halfuur haal je een prachtig goudbruine crumble uit de oven, met knapperige kruimels en zachte, sappige appels.
Ondanks dat wij niks hadden afgewogen, was het verrassend lekker, ook al was het veel te zoet. Onze tip: als je van zoet houdt, doe het op gevoel. Maar als je je tanden wilt behouden, meet de hoeveelheden dan goed af!
En zo zat ons driegangendiner erop: een eenvoudig maar smaakvol voorgerecht, een hoofdgerecht dat balans en precisie vroeg, en een dessert dat zorgde voor een zoete afsluiting. Het mooie aan dit menu is de toegankelijkheid: met een paar basis ingrediënten, wat creativiteit en teamwork zet je een maaltijd op tafel die indruk maakt, zonder dat het je bankrekening plundert. Of je nu kiest voor variatie in de soep, een eigen twist aan het hoofdgerecht geeft, of experimenteert met de crumble, één ding staat vast: koken wordt een stuk leuker als je het samen doet.
Namens de Circulaire en Eline eet smakelijk!
