Fiscaal onderzoek - vanaf de Tafelberg

Gepubliceerd op: 23/01/2017

Tn medewerkersfit large

Beste lezer,

Het begin van een nieuw jaar is traditioneel de tijd om vooruit te blikken. Al dan niet ondersteund door goede voornemens krijgen de plannen voor het aankomende jaar vorm. Deze januaribijdrage voor de Circulaire – waarin ik de ruimte krijg te delen wat me als docent en onderzoeker van het Fiscaal Instituut Tilburg bezighoudt – zou dan ook de uitgelezen kans zijn om mijn professionele plannen voor 2017 uit de doeken te doen. Maar wie dat verwacht wacht teleurstelling. Ik breek namelijk met de traditie door hier nog eens terug te blikken op de maand die ik vorig jaar, in juli 2016, in Zuid-Afrika en bij de Universiteit van Kaapstad heb doorgebracht. Nou vooruit, om vervolgens toch ook nog kort naar de toekomst te kijken.

Een half jaar terug in de tijd. Na een vlucht van ruim 17 uur kom ik vrijdag 1 juli 2016 Kaapstad binnengereden. Mijn bestemming is het indrukwekkende campusterrein van de Universiteit van Kaapstad, gelegen tegen de hellingen van de imposante Tafelberg die hoog boven de stad uittorent. Hoewel juli in het Zuid-Afrikaanse winterseizoen valt is de lucht helder blauw. Het uitzicht over de Moederstad is daardoor ronduit spectaculair.

Maar dat uitzicht is natuurlijk niet waarvoor ik hier ben gekomen: deze maand onderzoek ik in hoeverre landen rekening moeten houden met de grensoverschrijdende effecten van hun belastingen op andere landen. Toegespitst op een concreet geval: houdt het belastingverdrag tussen Nederland en Zuid-Afrika voldoende rekening met zulke grensoverschrijdende belastingeffecten en zo nee, welke aanbevelingen kunnen worden gedaan?

Deze maand is onderdeel van een internationaal uitwisselingsprogramma voor fiscaal onderzoek, mede mogelijk gemaakt door de Europese Unie, waarin Tilburg University, Universiteit van Kaapstad, Vienna University of Economics and Business (Oostenrijk) en University of São Paulo (Brazilië) samenwerken. Binnen het overkoepelende thema - Europese belastingheffing en derde landen – zijn door collega’s al verschillende vragen onderzocht en uitwisselingen gemaakt, rondetafelgesprekken gehouden en gezamenlijke artikelen gepubliceerd. Het achterliggende doel van deze kennisuitwisseling is om bij te dragen aan de coöperatie in en coördinatie van hoogwaardig onderzoek op het gebied van internationaal belastingrecht. Daarnaast haakt de door mij in Kaapstad onderzochte vraag over grensoverschrijdende belastingeffecten aan op het promotieonderzoek waar ik zelf mee bezig ben, over de rol die welzijn moet spelen voor staten in belastingheffing. Ook in dat promotieonderzoek spelen grensoverschrijdende effecten van belastingheffing een belangrijke rol.

Mogelijk denk je nu: is het nou echt nodig naar Kaapstad te reizen om fiscaal onderzoek te doen? Die vraag heb ik me vooraf ook gesteld. Is in deze tijd van digitalisering en moderne communicatie de benodigde informatie niet gewoon toegankelijk vanuit huis? De belangrijkste kennis doe ik echter niet op in de digitale bibliotheken van de Universiteit van Kaapstad. Want hoewel de juridische, economische en algemene bibliotheken daar zowel digitaal als fysiek zeer uitgebreide collecties hebben (met bijvoorbeeld eeuwenoude weergaven van het Rooms-Hollands recht) en het zoekwerk me waardevolle bronnen oplevert, zit de echte toegevoegde waarde in de uitwisseling van ideeën, inzichten en ervaringen via gesprekken met de mensen in Zuid-Afrika. In de weken die ik er doorbreng spreek ik met mede-promovendi, studenten, professoren en docenten van de afdelingen Finance, Tax, Economics en Law, maar ook met bewoners en bezoekers van Zuid-Afrika die met belastingen weinig te maken hebben. Zo krijg ik een beeld van Zuid-Afrika en belastingen dat ik via bureauonderzoek alleen niet had kunnen krijgen. En breng ik tegelijkertijd voor mijn gesprekspartners ook andere perspectieven, zoals het Nederlandse ter vergelijking. Daarbij helpt het verblijf op de Universiteit van Kaapstad ook om de vrijgemaakte maand (waar ik erg dankbaar voor ben) daadwerkelijk aan onderzoek te besteden, en niet aan de overige universitaire en nevenwerkzaamheden die thuis voor onderbreking zouden zorgen.

Nog even terug naar de inhoud. In mijn zoektocht naar een antwoord benader ik de vraag (in hoeverre landen zoals Nederland en Zuid-Afrika rekening moeten houden met de grensoverschrijdende effecten van hun belastingen op andere landen en of dat in het belastingverdrag tussen Nederland en Zuid-Afrika voldoende gebeurt) vanuit verschillende perspectieven: welke grensoverschrijdende fiscale verantwoordelijkheden volgen er voor landen uit de toepasselijke juridische normen en verplichtingen, bijvoorbeeld uit de vrijheid van kapitaalverkeer op Europees niveau of uit het Handvest van de Verenigde Naties? Wat is economisch gezien een vruchtbare fiscale handelswijze voor landen in verschillende fasen van ontwikkeling? In hoeverre moeten politieke overwegingen of historische verbintenissen een rol spelen? En hoe belangrijk is je morele perspectief in dit alles? Door de onderzoeksvraag vanuit deze verschillende perspectieven te behandelen stel ik een kader vast, waar het belastingverdrag tussen Nederland en Zuid-Afrika vervolgens aan wordt getoetst en aan de hand waarvan ik concrete aanbevelingen doe. Hoewel de onderzoeksvraag na de maand in Kaapstad nog niet volledig is beantwoord kan ik al wel voorlopige conclusies trekken en leveren de universitaire rondetafelgesprekken (die plaatsvinden zowel vlak voor vertrek in Kaapstad als na terugkomst in Tilburg) me interessante aanknopingspunten op voor het vervolgonderzoek.

Maar natuurlijk ben ik die maand in Zuid-Afrika niet alleen met belastingen bezig. Samen met mijn vrouw Dewi maak ik van de mogelijkheid gebruik door in de weekenden Kaapstad en omgeving verder te verkennen. Wandelen naar Kaap de Goede Hoop, trektochten op Tafelberg, het verdiepen in de geschiedenis via musea zoals in Kasteel de Goede Hoop en bij historische wijnboerderij Vergelegen, over de rijke lokale flora en fauna leren in de botanische tuinen van Kirstenbosch, de pinguïnkolonie van Boulders Beach bezoeken, van de vergezichten genieten op Signall Hill et cetera.

Wanneer ik op 31 juli 2016 weer naar Nederland vertrek ben ik een schat aan kennis, inzicht, ervaring en internationale contacten rijker waar ik nu, begin januari 2017, nog vaak op teruggrijp. En mogelijk komen de onderzoeksrichting en –uitkomsten terug in een uiteindelijk promotiegeschrift. Want daar zit tegelijk ook een stukje vooruitblik: nu en de komende tijd zet ik een extra tandje bij om het onderzoek – en zo ook een mogelijk promoveren – nog verder te brengen.

Mart van Hulten - Docent en onderzoeker bij het Fiscaal Instituut Tilburg van Tilburg University (m.j.vanhulten@tilburguniversity.edu); tevens Europees belastingadviseur bij de European Direct Tax Group van PwC.

Tn img 20160702 121625 thumbTn img 1649 thumbTn img 20160702 123026 thumbTn p1040319 thumb